Une première en Europe : ENGIE teste sur une éolienne un système de protection des chauves-souris par ultra-sons
ENGIE a l’ambition d’être le leader de la transition zéro carbone. En tant que premier producteur vert du pays et fort de ses 17 000 experts de l’énergie et des services, l’entreprise entend innover et développer ses activités en limitant au maximum les nuisances de celles-ci sur les riverains et l’environnement.
Ce test, une première en Europe, visant à optimiser la protection des chauves-souris, est co-réalisé par ENGIE Laborelec et ENGIE Lab CRIGEN, les centres de recherche du groupe ENGIE.
Les chauves-souris sont un groupe d’espèces protégées et d’un grand intérêt biologique. Elles sont attirées par les éoliennes, qui en raison de la chaleur qu’elles dégagent, sont des lieux favorables aux insectes ce qui en fait un territoire de chasse intéressant pour celles-ci. Ce faisant, les chauves-souris risquent d’être percutées par les pales des éoliennes ou être victimes des turbulences à proximité de celles-ci. Les normes actuelles prévoient des mises à l’arrêt des éoliennes à titre préventif pendant certaines périodes de l’année, à certaines heures et dans certaines conditions de vent et de température. Or, le comportement saisonnier ainsi que la sensibilité à la vitesse du vent et à la température sont variables d’une espèce à l’autre et parfois d’une localisation à l’autre, ce qui en fait des normes imparfaites. On constate par ailleurs la présence de chauves-souris en dehors de ces périodes d’arrêts et l’absence de celles-ci en période d’arrêts préventifs. Cette situation n’est pas idéale tant du point de vue de la protection des chauves-souris que de la production d’énergie verte. Capitalisant sur des tests déjà effectués aux Etats-Unis, ENGIE a installé sur une éolienne de son parc de Modave, 5 haut-parleurs à ultra-sons. Ce système développé par l’entreprise américaine NRG Systems, crée un bouclier sonore dans la zone de danger autour des pâles de l’éolienne et repousse les chauves-souris hors de ladite zone. Ce dispositif d’effarouchement sera doublé de caméras infrarouges qui détecteront la présence de chauves-souris et permettront une mise à l’arrêt le cas échéant de l’éolienne. Ces caméras permettront également d’observer le comportement des chauves-souris afin de mesurer la variation d’activité entre les périodes de fonctionnement et non-fonctionnement des haut-parleurs à ultrasons. Un système supplémentaire de micro pourra détecter la présence de chauves-souris, comptabiliser et identifier les espèces présentes, afin de compléter les observations issues des caméras. Il est à noter que les périodes d’arrêts préventives actuelles seront encore d’application durant la période du test. En cas de succès, ENGIE a l’intention de tester cette solution sur plusieurs éoliennes en vue d’un déploiement plus large.
Philippe Van Troeye, CEO d’ENGIE Benelux: «Je suis particulièrement fier de cette première européenne. Elle confirme notre volonté d’un progrès harmonieux qui intègre différents aspects du développement durable. Vouloir être le leader de la transition zéro carbone cela signifie innover en permanence, que ce soit dans la manière où nous impliquons les citoyens dans le développement de nos projets renouvelables ou dans la façon dont nous limitons leur impact sur l’environnement. ».
A propos de ENGIE Laborelec
Ayant son siège en Belgique, ENGIE Laborelec, une entité du Groupe ENGIE, est un centre d’expertise et de recherche majeur dans le domaine de l’énergie électrique. Capitalisant sur les compétences de 280 ingénieurs et techniciens spécialisés, il fournit de l’assistance opérationnelle, de la consultance technique, des services de R&D appliquée et est actif sur l’entièreté de la chaîne de valeur de l’électricité. Ses services sont fournis à une large gamme de clients dans les domaines de la production d’électricité, du transport et de la distribution, du stockage et de l’utilisation finales, avec un accent particulier sur la transition énergétique et ses 3 D : Décentralisation, Décarbonisation, Digitalisation. Intégré à la Business Unit Tractebel, ENGIE Laborelec est un acteur mondial ayant des activités dans plus de 60 pays et des bureaux en Belgique, aux Pays-Bas, en Allemagne, au Chili, en Thaïlande et à Abu Dhabi.
Plus d’info : laborelec.com
A propos de ENGIE Lab Crigen
Basé en France, ENGIE Lab CRIGEN est le centre corporate de recherche de R&D et d’expertise du groupe ENGIE dédié aux nouvelles sources d’énergies (hydrogène, biogaz) et à la liquéfaction, aux nouveaux usages de l’énergie dans la ville, aux bâtiments et à l’industrie du futur, aux technologies émergentes (science informatique et intelligence artificielle, drones et robots, nanotechnologies et capteurs). ENGIE Lab CRIGEN mène des projets opérationnels en R&D et met au point des pilotes pour les unités opérationnelles, les entités d’ENGIE ou des clients externes visant à maîtriser les technologies du futur, les porter à maturité, et préparer la transition énergétique.
A propos de NRG Systems
NRG Systems Inc, une filiale de ESCO Technologies Inc. (NYSE : ESE), a révolutionné, il y a plus de 36 ans déjà, la manière dont la ressource en vent est évaluée. Aujourd’hui, cette tradition d’innovation, guide toutes ses actions. La société vise à concevoir et à réaliser des technologies intelligentes pour une planète plus durable – ce qui veut dire plus d’énergie renouvelable, un air plus propre et un environnement plus sûr pour tous. Ses systèmes de mesure, ses sensors de contrôle de turbine, ses systèmes d’effarouchement des chauves-souris et de sensors Lidar à distance, se retrouvent dans plus de 170 pays.
Pour plus d’info : nrgsystems.com
Europese primeur: ENGIE test op een windmolen een ultrasoon beschermingssysteem voor vleermuizen
ENGIE wil graag het voortouw nemen op het gebied van koolstofvrije transitie. Als grootste producent van groene energie in België en met 17 000 experts in energie en dienstverlening wil het bedrijf haar activiteiten innoveren en ontwikkelen, maar de hinder daarvan op de bewoners en het milieu zoveel mogelijk beperken. Deze test, een primeur in Europa, gericht op het optimaliseren van de bescherming van vleermuizen, wordt gezamenlijk uitgevoerd door ENGIE Laborelec en ENGIE Lab CRIGEN, de onderzoekscentra van de ENGIE-groep.
Vleermuizen zijn een beschermde diersoort en hebben een groot biologisch belang. Ze worden aangetrokken door windmolens, die door de warmte die ze uitstralen op hun beurt insecten aantrekken, waardoor ze een interessant jachtterrein voor vleermuizen zijn. Daarbij kunnen vleermuizen geraakt worden door de rotorbladen of het slachtoffer worden van de turbulentie die door de rotorbladen veroorzaakt wordt. De huidige normen voorzien een preventieve stilstand van de windmolens tijdens bepaalde periodes in het jaar, op bepaalde uren en bij bepaalde wind- en temperatuursomstandigheden. Het seizoensgebonden gedrag en de gevoeligheid voor windsnelheid en temperatuur verschillen echter van soort tot soort en soms van plaats tot plaats, waardoor de normen onvolmaakt zijn. Er blijken overigens vleermuizen aanwezig te zijn buiten deze periodes van stilstand en afwezig te zijn tijdens deze preventieve periodes van stilstand. Die situatie is niet ideaal, zowel wat de bescherming van vleermuizen als wat de productie van groene energie betreft. In het verlengde van reeds in de Verenigde Staten uitgevoerde testen heeft ENGIE vijf ultrasone luidsprekers op een windmolen van haar windpark in Modave geïnstalleerd. Dat systeem werd ontwikkeld door het Amerikaanse bedrijf NRG Systems en zorgt voor een geluidsscherm in de gevarenzone van de rotorbladen van de windmolen en verjaagt zo de vleermuizen uit die zone. Dat verjagingssysteem zal aangevuld worden met infraroodcamera’s die de aanwezigheid van vleermuizen detecteren, waardoor de windmolen eventueel tot stilstand gebracht kan worden. Met deze camera’s kan ook het gedrag van vleermuizen geobserveerd worden, zodat het verschil in activiteit gemeten kan worden tussen de periodes waarin de ultrasone luidsprekers wel en niet functioneren. Dankzij een extra microfoonsysteem kan de aanwezigheid van vleermuizen gedetecteerd worden en kunnen de aanwezige soorten geteld en geïdentificeerd worden om zo de observaties van de camera’s te vervolledigen. Er dient opgemerkt te worden dat de huidige preventieve periodes van stilstand nog steeds van toepassing zullen zijn tijdens de testperiode. Bij een succesvolle test wil ENGIE die oplossing testen op meerdere windmolens met het oog op een verdere uitbreiding.
Philippe Van Troeye, CEO van ENGIE Benelux: «Ik ben bijzonder trots op deze Europese primeur. Hiermee tonen we onze wil om op een harmonieuse manier te groeien door verschillende aspecten van duurzame ontwikkeling toe te passen. Om leider op het gebied van koolstofvrije transitie te willen worden, moeten we voortdurend innoveren, zowel in de manier waarop we de burgers betrekken bij de ontwikkeling van onze hernieuwbare projecten als in de manier waarop we hun impact op het milieu beperken.»
Over ENGIE Laborelec
Met zijn hoofdzetel in Belgïe, is ENGIE Laborelec, een entiteit van de ENGIE-groep, een belangrijk expertise- en onderzoekscentrum op het gebied van elektrische energie. Het centrum, dat gebruikmaakt van de competenties van haar 280 ingenieurs en gespecialiseerde technici, biedt operationele ondersteuning, technische consultancy en toegepaste R&D-diensten en is actief in de volledige elektriciteitswaardeketen. Die diensten worden aangeboden aan een brede waaier van klanten op het gebied van elektriciteitsproductie, vervoer en distributie, opslag en eindgebruik, met bijzondere nadruk op de energietransitie en haar 3 kernbegrippen: Decentralisatie, Uitstootvermindering, Digitalisering. ENGIE Laborelec, onderdeel van de Business Unit Tractebel, is een wereldspeler met activiteiten in meer dan 60 landen en met kantoren in België, Nederland, Duitsland, Chili, Thailand en Abu Dhabi.
Meer informatie: laborelec.com
Over Lab Crigen
Gevestigd in Frankrijs, is ENGIE Lab CRIGEN het corporate onderzoeks-, ontwikkelings- en kenniscentrum van de ENGIE Groep dat zich toelegt op nieuwe energiebronnen (waterstof, biogas), vloeibaarmaking, nieuwe energietoepassingen in de stad, gebouwen en industriesectoren van morgen en, tot slot, opkomende technologieën (informatiewetenschap en artificiële intelligentie, drones en robots, nanotechnologieën en sondes). ENGIE Lab CRIGEN leidt operationele projecten in R&D en werkt pilootprojecten uit voor de operationele eenheden en entiteiten van ENGIE of voor externe klanten met het oog op de beheersing en verdere vervolmaking van toekomsttechnologieën en de voorbereiding van de energietransitie.
Over NRG Systems
NRG Systems Inc., een dochteronderneming van ESCO Technologies Inc. (NYSE: ESE), heeft meer dan 36 jaar geleden een revolutie teweeggebracht in de manier waarop windenergiebronnen worden beoordeeld. Vandaag de dag is deze traditie van innovatie de leidraad voor al haar acties. Het bedrijf wil slimme technologieën ontwerpen en produceren voor een duurzamere planeet – dat wil zeggen meer hernieuwbare energie, schonere lucht en een veiliger milieu voor iedereen. De meetsystemen, turbinebedieningssensoren, vleermuisverstuivingssystemen en Lidar-sensoren op afstand zijn te vinden in meer dan 170 landen. Meer informatie: nrgsystems.com Meer informatie : nrgsystems.com